Нидерландско-русский словарь
- Terloops
- Terloops Bezoeken
- Term
- Termijn
- Terneerslaan
- Terras
- Terrein
- Terreinauto
- Terreur
- Terreur-
- Territoriaal
- Territorium
- Terrorisme
- Terroristisch
- Terug
- Terug-
- Terugbetalen
- Terugbrengen
- Terugdeinzen
- Terugdenken
- Terugdringen
- Teruggang
- Teruggave
- Teruggetrokken
- Teruggeven
- Terughouden
- Terughoudend
- Terugkaatsen
- Terugkeren
- Terugkomen
- Terugroepen
- Terugslaan
- Terugtocht
- Terugtrekken
- Terugwijken
- Terugzenden
- Terwijl
- Terwille Zijn
- Tessel
- Test
- Testament
- Testen
- Testplaats
- Teug
- Teugel
- Tevergeefs
- Tevoren
- Tevreden
- Tevreden Zijn
- Tevredenstellen
- Texel
- Textiel
- Textiel-
- Tezamen
- Thai
- Thailand
- Thailander
- Thais
- Thans
- Theater Schouwburg
- Thee
- Theeblad
- Theeketel
- Theepot
- Thema
- Thematisch
- Theoreticus
- Theoretisch
- Theorie
- Therapeut
- Thermisch
- Thermometer
- Thermonucleair
- Thesis
- Thuis
- Tien
- Tiener
- Tienjarige School
- Tienkamp
- Tiental
- Tijd
- Tijdelijk
- Tijdgenoot
- Tijdig
- Tijding
- Tijdnood
- Tijdperk
- Tijdrekening
- Tijdschrift
- Tijdvak
- Tijdverdrijf
- Tijger
- Tikken
- Tilburg
- Timmerman
- Tin
- Tinnen
- Tiran
- Tirana
- Tirannie